Toolkit voor zorg- en hulpverleners

3. Wees bewust van de vooroordelen

Man, vrouw, non-binair, mannelijk, vrouwelijk, androgyn, trans, cis, homo, lesbisch, bi+ en hetero: het zijn allemaal labels om diversiteit in sekse, gender en seksuele oriëntatie te benoemen. Deze labels gaan vaak gepaard met stereotiepe ideeën over de persoon áchter het label. Zoals ideeën over hoe mannen of vrouwen zijn of welke gezondheidsproblemen bij wie spelen, waarom iemand transgevoelens kan hebben, hoe iemands lijf eruit hoort te zien of wat het zou moeten kunnen en ideeën over hoe iemand over seks en relaties denkt.

Deze stereotiepe ideeën, of onbewuste vooroordelen, kunnen een tijdige of juiste diagnose in de weg staan, kunnen invloed hebben op de behandelopties die je overweegt of zorgen dat je niet de goede vragen stelt in je anamnese waardoor de zorgvraag niet helemaal boven tafel komt.

Oog voor diversiteit betekent dus dat je naar de persoon achter deze labels kijkt en vooroordelen op basis van dit label laat varen. Iedereen heeft vooroordelen, dat is nou eenmaal hoe ons brein werkt. Maar je kunt wél leren omgaan met je onbewuste vooroordelen en verder kijken dan het label:

3. Wees bewust van de vooroordelen

Omgaan met onbewuste vooroordelen

  • Wees je bewust van je eigen normen en waarden rond sekse, gender en seksuele oriëntatie, en van de invloed die deze normen en waarden kunnen hebben op hoe je naar je cliënt kijkt;
  • Stimuleer cliënten zelf te vertellen over wat er aan de hand is en wat ze van jou als zorgverlener verwachten, dat voorkomt dat je zelf gaat invullen vanuit je eigen kader;
  • Oordeel niet anders over vrouwen/ meiden en mannen/ jongens bij hetzelfde gedrag. Oordeel bijvoorbeeld niet anders over vrouwen die kleine kinderen hebben en fulltime werken dan over mannen die kleine kinderen hebben en fulltime werken.
  • Als je jezelf toch betrapt op een onbewust vooroordeel, raak niet in paniek. Dat kan gebeuren. Zeg zo nodig: ‘Sorry, dat was mijn eigen invulling’.
  • Leer van elkaar, door open te staan en je te laten verrassen door de diversiteit die er is.
Praktijkvoorbeeld

“Ik ben bewust van het beeld dat patiënten van mij kunnen hebben”

Interventies

Kijk verder dan de labels homo, lesbisch, bi, hetero

Wees er alert op dat seksuele aantrekking, seksueel gedrag en zelfbenoeming niet altijd overeenkomen. Denk bijvoorbeeld aan:

  • Iemand in een heterorelatie die bi+ is;
  • Een vrouw die zich in privé kringen panseksueel noemt, maar om continue vragen te voorkomen zichzelf naar buiten toe als lesbisch beschrijft;
  • Een man die zich hetero noemt en een heterorelatie heeft, maar zich ook aangetrokken voelt tot mannen.
Praktijkvoorbeeld

“Vroeger zei ik altijd ‘vooroordelen laten we thuis’, maar dat kan niet.”

Wees je bewust; niet iedereen voelt zich man of vrouw

Er wordt vaak gedaan of de wereld bestaat uit mannen en vrouwen, bijvoorbeeld door enkel dames- en herentoiletten te hebben. Dit laat weinig ruimte over voor (trans) personen die zich man noch vrouw voelen of mensen die hun intersekse als een onderdeel van hun identiteit ervaren. Mensen die zich niet man en niet vrouw voelen of juist allebei noemen we vaak non-binair.

Veel intersekse en trans personen voelen zich vaak juist wél man of vrouw.

Veel intersekse personen identificeren zich als man of vrouw. Soms kennen mensen hun vorm van intersekse alleen als een medische diagnose. Dit wil echter niet zeggen dat ze geen hinder ondervinden van de maatschappelijke obstakels waar intersekse personen last van kunnen hebben.

Ook veel trans personen identificeren zich als man of vrouw en niet als iemand daartussen of buiten. Voor hen hoeft het geen probleem te zijn om als dame of heer aangesproken te worden. Als er maar de juiste gender gebruikt wordt.

Praktijkvoorbeeld

“Deze cliënt liet mij inzien dat ik soms een label op iemand plak.”

Verhalen uit de praktijk

"Vanwege onwetendheid of ongemak komen zorgverleners soms onbeholpen uit de hoek”

Aike Pronk is trans man en vertelt openhartig over zijn ervaringen in de zorg en geeft hierbij ook een aantal praktische tips .

“Kan jij jezelf zijn bij de dokter?

Op Utrecht Pride wordt gevierd dat iedereen zichzelf mag zijn. Maar kunnen de bezoekers van de Pride ook zichzelf zijn bij de huisarts? Bekijk hun antwoorden in deze korte impressie

“Ik ben bewust van het beeld dat patiënten van mij kunnen hebben”

In mijn praktijk hangt een hele grote foto van mijn drie kinderen. Ondanks dat ik geen trouwring draag, ben ik mij bewust van het beeld dat patiënten bij binnenkomst van mij kunnen hebben. Mensen plaatsen mij vaak in het hokje: hetero en gelukkig getrouwd met drie kinderen. Dat kan soms wat afstand creëren. Wanneer er vrouwen bij mij op het spreekuur komen die grote problemen ervaren in hun huwelijk, vertel ik ze dat ik al tien jaar alleen woon en dat het mijn keuze was om mijn man te verlaten. Vaak slaan ze stijl achterover: niets is wat het aan de buitenkant lijkt. Een dame bij mij in de praktijk verlaat het spreekuur iedere keer met een grote glimlach op haar gezicht. Het inkijkje in mijn leven heeft haar een gevoel van hoop en bevrijding gegeven. Door als huisarts een persoonlijk verhaal te delen ontstaat er een brug tussen mij en de patiënt. Wanneer je een stukje van jezelf kan laten zien, kan dat voor mensen veel steun geven.

- Arienne

“Vroeger zei ik altijd ‘vooroordelen laten we thuis’, maar dat kan niet.”

“Soms komt de bewustwording dat ik een vooroordeel over iemand had, pas na een ontmoeting. Daar kom ik dan altijd op terug bij de desbetreffende persoon en deel ik welke beweging er in mij plaats heeft gevonden. Mensen reageren daar vaak positief op en stellen me vragen over hoe ik op bepaalde gedachten kwam. Vervolgens hebben we daar een goed gesprek over en maken we actief ruimte om alles wat opkomt een plek te geven, wat dat dan ook is. Ik zei vroeger altijd ‘vooroordelen laten we thuis’, maar dat kan niet. We zijn allemaal gevormd en nemen wat we kennen overal met ons mee naar toe. Wat je niet kent, dat moet je nog leren en je kwetsbaar opstellen helpt daarbij enorm.”

- Gebi

“Deze cliënt liet mij inzien dat ik soms een label op iemand plak”

Er meldde zich een meneer bij ons met homoseksuele gevoelens. Naarmate het traject vorderde kwam ze erachter dat ze zich eigenlijk vrouw voelt. De ervaring met deze mevrouw liet mij inzien dat ik als zorgverlener soms een label op iemand plak. Een cliënt geeft je bepaalde informatie en daardoor plaats je iemand soms in een hokje, terwijl je eigenlijk ruimte wil geven aan alles wat er nog kan veranderen. Het is belangrijk om als zorgverlener voldoende ruimte te geven aan genderexpressie.

In eerste instantie ben ik met deze cliënt vooral dingen gaan oplossen die betrekking hadden op de homoseksuele gevoelens. Ik heb veel open vragen gesteld, onder andere over verliefdheid en partnerkeuze. Toen die puzzelstukjes steeds meer in elkaar vielen en ik steeds meer open kon staan voor haar antwoorden, voelde ze zich op een gegeven moment vrij genoeg om het over haar ‘vrouw-zijn’ te hebben. De sleutel was in dit geval om geen aannames te doen en iemand alle ruimte te geven om een vraag te beantwoorden zoals hij zij of hen dat wil.

- Rabab

Feedback toolkit



    HuisartsDoktersassistentpraktijkondersteuner somatiek en GGZEerstelijns PsycholoogJeugdprofessionalAnders




    "Wees je bewust van je eigen normen en waarden rond gender, sekse en seksuele oriëntatie en sta open voor andere perspectieven."

    Wees je bewust van je eigen normen en waarden rond gender, sekse en seksuele oriëntatie. Zeker als je veel bezig bent met het onderwerp kleurt dit het eigen referentiekader sterk. Hierin is het van groot belang om open blijven staan voor andere perspectieven en studenten de ruimte te geven deze perspectieven te delen, de stof tot zich te nemen en eigen te maken. 

    - Koosje Janssen, Docent Social Work HvA

    "Een veilige sfeer in de klas is essentieel bij het bespreken van relaties en seksualiteit met studenten. Om deze reden start ik de les altijd met de PICKASOLL."

    Een veilige sfeer in de klas is essentieel bij het bespreken van relaties en seksualiteit met studenten. Om deze reden start ik de les altijd met de PICKASOLL, een methodiek om een veilige sfeer te creëren. Vaak liggen veiligheidsafspraken voor de hand maar het is fijn voor zowel docenten als studenten om hier samen bij stil te staan. Daarnaast biedt het docenten de mogelijkheid om hierop terug te vallen mochten er onveilige situaties ontstaan tijdens de les. 

    - Koosje Janssen, Docent Social Work HvA

    "Ga er niet vanuit dat studenten weten wat diversiteit in

    sekse, gender en seksuele oriëntatie is, laat ze bijvoorbeeld eerste de e-learning Diversiteit = Realiteit doen."

    Schep altijd eerst een theoretisch kader voordat je gesprekken aangaat over seksualiteit en relaties. We kunnen er niet vanuit gaan dat studenten weten waar diversiteit in sekse, gender en seksuele oriëntatie over gaat. Een manier om dit te doen is door de e-learning diversiteit = realiteit mee te geven als huiswerk of hiermee te starten in de les.  Een tip zou zijn om je als docent ook goed in te lezen door voorafgaand aan de les de onlinecursus te doen, zodat je goed voorbereid bent op vragen. We hoeven niet alles te weten maar een theoretische basis en een goede voorbereiding is essentieel om het gesprek in goede banen te leiden.  

    - Koosje Janssen, Docent Social Work HvA

    Esther Schlatmann (docent toegepaste psychologie, HvA)

    "Om te zorgen dat de tentoonstelling écht binnenkomt, moet je studenten een concreet kader meegeven en het persoonlijk maken."

    Wat ik merk in onderwijs met jongeren, is dat een les niet te “hoog over” moet zijn. Liever concreet dan abstract, liever dichtbij dan ver weg, liever persoonlijk dan algemeen. Om te zorgen dat de tentoonstelling écht binnenkomt, helpt het dus deze goed in te kaderen. Denk aan:

    • Een zachte landing: Introduceer het thema vooraf, werk vanuit de context van de student en benoem de relevantie. Het help om zelf al te bedenken: wat wil ik dat studenten als take-home message meenemen na vandaag?
    • Zet ze eerst zelf aan het denken: prikkelende stellingen, lastige vragen of verschillende perspectieven helpen om te beseffen dat er voor zoveel situaties (nog) geen ultieme oplossing is.
    • Geef studenten een concrete opdracht mee naar de tentoonstelling. Bijvoorbeeld: lees 1 portret waarin je jezelf herkent, 1 portret dat heel ver van je af staat en 1 portret dat je intrigeert.
    • Stel ook achteraf gerichte vragen in de nabespreking. Bijvoorbeeld: Heb je jezelf op aannames of vooroordelen betrapt? Wat ga jij voortaan anders doen?

    Werken vanuit het perspectief van de studenten, blijven relateren aan hun belevingswereld en hun input écht serieus nemen: dat is het recept voor een waardevol nagesprek.   

    - Esther Schlatmann, Docent Toegepaste Psychologie HvA

    “Introduceer omgaan met diversiteit in sekse, gender en

    seksuele oriëntatie als onderdeel van professioneel handelen, dan snappen studenten het kader waarin het besproken wordt.

    Tijdens lessen over relaties en seksualiteit is het van groot belang dat studenten meekrijgen dat er een verschil is tussen persoonlijke opvattingen, mening en overtuigingen en professionele opvattingen, meningen en overtuigingen. Onthoud wel dat studenten vier jaar studeren en de tijd moeten krijgen om deze professionele houding te ontwikkelen. 

    - Koosje